24 juni 2021 13:32

Uiterlijkheid

Wat is een uiterlijk?

Een externaliteit is een door een producent veroorzaakte kosten of baten die niet financieel door die producent worden gemaakt of ontvangen. Een externaliteit kan zowel positief als negatief zijn en kan voortkomen uit de productie of consumptie van een goed of dienst. De kosten en baten kunnen zowel privé zijn – voor een individu of een organisatie – als sociaal, wat betekent dat het de samenleving als geheel kan beïnvloeden.

Externe effecten zijn van nature doorgaans het milieu, zoals natuurlijke hulpbronnen of de volksgezondheid. Een negatieve externaliteit is bijvoorbeeld een bedrijf dat vervuiling veroorzaakt die de waarde van onroerend goed of de gezondheid van mensen in de omgeving aantast. Een positieve externaliteit omvat acties die de overdracht van ziekten verminderen of het gebruik van gazonbehandelingen vermijden die naar rivieren stromen en zo bijdragen aan overmatige plantengroei in meren. Externaliteiten zijn anders dan donaties van parken of open-source software.

Externe effecten begrijpen

Externaliteiten doen zich voor in een economie wanneer de productie of consumptie van een specifiek goed of die dienst een derde partij treft die niet direct verband houdt met de productie of consumptie van dat goed of die dienst.

Bijna alle externe effecten worden als technische externe effecten beschouwd. Technische externe effecten hebben een impact op de consumptie- en productiemogelijkheden van niet-verbonden derden, maar de consumptieprijs omvat niet de externe effecten. Deze uitsluiting creëert een kloof tussen de winst of het verlies van particulieren en de totale winst of het verlies van de samenleving als geheel.

De actie van een persoon of organisatie resulteert vaak in positieve privéwinst, maar doet afbreuk aan de algehele economie. Veel economen beschouwen technische externe effecten als markttekortkomingen, en dit is de reden waarom mensen pleiten voor overheidsingrijpen om negatieve externe effecten te beteugelen door middel van belastingen en regulering.

Externe effecten waren ooit de verantwoordelijkheid van lokale overheden en degenen die erdoor werden beïnvloed. Zo waren gemeenten verantwoordelijk voor het betalen van de effecten van vervuiling door een fabriek in de buurt, terwijl de bewoners verantwoordelijk waren voor hun zorgkosten als gevolg van de vervuiling. Na het einde van de jaren negentig hebben regeringen wetgeving aangenomen die de kosten van externe effecten aan de producent oplegt. Deze wetgeving verhoogde de kosten, die veel bedrijven aan de consument doorbrachten, waardoor hun goederen en diensten duurder werden.

Positieve en negatieve externe effecten

De meeste externe effecten zijn negatief. Vervuiling is een bekende negatieve externaliteit. Een bedrijf kan besluiten om kosten te besparen en de winst te verhogen door nieuwe activiteiten te implementeren die schadelijker zijn voor het milieu. De corporatie realiseert kosten in de vorm van uitbreidende activiteiten maar genereert ook opbrengsten die hoger zijn dan de kosten.

De externaliteit verhoogt echter ook de totale kosten voor de economie en de samenleving, waardoor het een negatieve externaliteit wordt. Externaliteiten zijn negatief wanneer de maatschappelijke kosten opwegen tegen de private kosten.

Sommige externe effecten zijn positief. Positieve externe effecten treden op wanneer er een positieve winst is op zowel privé- als sociaal niveau. Onderzoek en ontwikkeling (R&D) uitgevoerd door een bedrijf kan een positieve externaliteit zijn. R&D verhoogt de private winst van een bedrijf, maar heeft ook als bijkomend voordeel dat het algemene kennisniveau binnen een samenleving toeneemt.

Evenzo is de nadruk op onderwijs ook een positieve externaliteit. Investeren in onderwijs leidt tot slimmere en intelligentere arbeidskrachten. Bedrijven profiteren van het inhuren van werknemers die geschoold zijn omdat ze goed geïnformeerd zijn. Dit komt de werkgevers ten goede, omdat voor een beter opgeleide beroepsbevolking minder investeringen in opleiding en ontwikkelingskosten van werknemers nodig zijn.

Externe effecten overwinnen

Er zijn oplossingen om de negatieve effecten van externe effecten te overwinnen. Dit kunnen zowel personen uit de publieke als de private sector zijn.

Belastingen zijn een oplossing om externe effecten te overwinnen. Om de negatieve effecten van bepaalde externe effecten, zoals vervuiling, te helpen verminderen, kunnen regeringen een belasting heffen op de goederen die de externe effecten veroorzaken. De belasting, een Pigoviaanse belasting genoemd genoemd naar de econoom Arthur C. Pigou, ook wel een Pigouviaanse belasting genoemd – wordt geacht gelijk te zijn aan de waarde van de negatieve externaliteit. Deze belasting is bedoeld om activiteiten te ontmoedigen die nettokosten met zich meebrengen voor een niet-verbonden derde partij. Dat betekent dat het opleggen van dit soort belasting het marktresultaat van de externaliteit zal verminderen tot een bedrag dat als efficiënt wordt beschouwd.

Subsidies kunnen ook negatieve externe effecten overwinnen door de consumptie van positieve externe effecten aan te moedigen. Een voorbeeld hiervan is het subsidiëren van boomgaarden die fruitbomen planten om imkers positieve externe effecten te bieden.

Overheden kunnen ook regelgeving invoeren om de effecten van externe effecten te compenseren. Regulering wordt als de meest voorkomende oplossing beschouwd. Het publiek wendt zich vaak tot regeringen om wet- en regelgeving goed te keuren en vast te stellen om de negatieve effecten van externe effecten te beteugelen. Enkele voorbeelden zijn milieuregelgeving of gezondheidsgerelateerde wetgeving.