Hoe moet ik portefeuilleomzet gebruiken om een beleggingsfonds te evalueren?
Het omloopspercentage van de portefeuille kan worden gebruikt om te bepalen in hoeverre een beleggingsfonds zijn aandelen en activa in de loop van een jaar omzet. De omloopsnelheid vertegenwoordigt het percentage van de belangen van het beleggingsfonds dat het afgelopen jaar is veranderd. Een beleggingsfonds met een hoge omloopsnelheid verhoogt de kosten voor zijn investeerders. De kost voor de omzet wordt, in tegenstelling tot de beheervergoeding, uit de activa van het fonds gehaald. Het is dus mogelijk dat beheerders van beleggingsfondsen niet erg worden gestimuleerd om onnodige handelsactiviteiten te verminderen.
De portefeuilleomzet wordt bepaald door de acquisities of afstotingen van het fonds te nemen, afhankelijk van welk aantal het grootst is, en deze te delen door de gemiddelde maandelijkse activa van het fonds voor het jaar. Een fonds met een omloopsnelheid van 25% houdt bijvoorbeeld gemiddeld vier jaar aandelen aan. Hoe hoger de omloopsnelheid, hoe groter de omzet. Hogere omloopsnelheden betekenen hogere fondsuitgaven, die de algehele prestatie van het fonds kunnen verminderen. Een hogere omloopsnelheid kan ook negatieve fiscale gevolgen hebben. Fondsen met een hogere omloopsnelheid zijn waarschijnlijker onderworpen aan vermogenswinstbelasting, die vervolgens aan beleggers wordt uitgekeerd. Beleggers moeten mogelijk belasting betalen over die vermogenswinsten.
Bepaalde soorten onderlinge fondsen hebben over het algemeen een hogere omloopsnelheid. Groeifondsen en fondsen met agressievere strategieën hebben een hogere omzet. Meer op waarde gerichte fondsen hebben doorgaans een lagere omzet. Als de prestatie van het fonds hoger is dan die van een fonds met een lagere omzet, kan het hogere percentage gerechtvaardigd zijn. Als de omloopsnelheid hoog is, terwijl de prestaties achterblijven, kan een investeerder beter op zoek gaan naar alternatieven.