Onthulde voorkeur
Wat is onthulde voorkeur?
De onthulde voorkeur, een theorie die werd aangeboden door de Amerikaanse econoom Paul Anthony Samuelson in 1938, stelt dat consumentengedrag, als hun inkomen en de prijs van het item constant worden gehouden, de beste indicator is van hun voorkeuren.
Belangrijkste leerpunten
- De onthulde voorkeur, een theorie die werd aangeboden door de Amerikaanse econoom Paul Anthony Samuelson in 1938, stelt dat consumentengedrag, als hun inkomen en de prijs van het item constant worden gehouden, de beste indicator is van hun voorkeuren.
- De onthulde voorkeurstheorie gaat ervan uit dat consumenten rationeel zijn.
- Drie primaire axioma’s van onthulde voorkeur zijn WARP, SARP en GARP.
Inzicht in onthulde voorkeur
Consumentengedrag, met name de keuze van de consument, werd lange tijd begrepen door het concept van nut. In de economie verwijst nut naar hoeveel voldoening of plezier consumenten halen uit de aankoop van een product, dienst of ervaren evenement. Nut is echter ongelooflijk moeilijk te kwantificeren in onbetwistbare termen, en aan het begin van de 20e eeuw klaagden economen over de alomtegenwoordige afhankelijkheid van nut. Vervangingstheorieën werden overwogen, maar ze werden allemaal op dezelfde manier bekritiseerd, totdat Samuelsons ‘Revealed Preference Theory’ stelde dat consumentengedrag niet gebaseerd was op nut, maar op waarneembaar gedrag dat berustte op een klein aantal relatief onbetwiste aannames.
De onthulde voorkeur is een economische theorie over de consumptiepatronen van een individu, die stelt dat de beste manier om de voorkeuren van de consument te meten, is door hun koopgedrag te observeren. De onthulde voorkeurstheorie gaat ervan uit dat consumenten rationeel zijn. Met andere woorden, ze zullen een reeks alternatieven hebben overwogen voordat ze een aankoopbeslissing nemen die het beste bij hen past. Aangezien een consument dus één optie uit de set kiest, moet deze optie de voorkeur hebben.
De onthulde voorkeurstheorie biedt ruimte voor de voorkeursoptie om te veranderen afhankelijk van prijs- en budgettaire beperkingen. Door de voorkeursvoorkeur op elk punt van beperking te onderzoeken, kan een schema worden gemaakt van de voorkeursitems van een bepaalde populatie onder een gevarieerd schema van prijs- en budgetbeperkingen. De theorie stelt dat, gegeven het budget van een consument, hij dezelfde goederenbundel (de “voorkeursbundel”) kiest, zolang die bundel betaalbaar blijft. Pas als de preferentiële bundel onbetaalbaar wordt, zullen ze overschakelen naar een goedkopere, minder wenselijke bundel goederen.
De oorspronkelijke bedoeling van de geopenbaarde voorkeurstheorie was om de theorie van marginaal nut, bedacht door Jeremy Bentham, uit te breiden. Nut, of plezier van een goed, is erg moeilijk te kwantificeren, dus Samuelson ging op zoek naar een manier om dat te doen. Sindsdien is de geopenbaarde voorkeurstheorie door een aantal economen uitgebreid en blijft het een belangrijke theorie over consumptiegedrag. De theorie is vooral nuttig bij het verschaffen van een methode om de keuze van de consument empirisch te analyseren.
Drie axioma’s van onthulde voorkeur
Toen economen de geopenbaarde voorkeurstheorie ontwikkelden, identificeerden ze drie primaire axioma’s van geopenbaarde voorkeur: het zwakke axioma, het sterke axioma en het gegeneraliseerde axioma.
- Zwak axioma van onthulde voorkeur (WARP): dit axioma stelt dat gegeven inkomens en prijzen, als een product of dienst wordt gekocht in plaats van een ander, we als consumenten altijd dezelfde keuze zullen maken. Het zwakke axioma stelt ook dat als we een bepaald product kopen, we nooit een ander product of merk zullen kopen, tenzij het goedkoper is, meer gemak biedt of van betere kwaliteit is (dwz tenzij het meer voordelen biedt). Als consumenten zullen we kopen wat we verkiezen en onze keuzes zullen consistent zijn, zo suggereert het zwakke axioma.
- Strong Axiom of Revealed Preference (SARP): Dit axioma stelt dat in een wereld waar er maar twee goederen zijn om uit te kiezen, een tweedimensionale wereld, de sterke en zwakke acties gelijkwaardig blijken te zijn.
- Gegeneraliseerde Axiom of Revealed Preference (GARP): Dit axioma heeft betrekking op het geval waarin we voor een bepaald niveau van inkomen en / of prijs hetzelfde voordeel halen uit meer dan één consumptiebundel. Met andere woorden, dit axioma houdt rekening met het feit dat er geen unieke bundel bestaat die het nut maximaliseert.
Voorbeeld van onthulde voorkeur
Beschouw als voorbeeld van de relaties die in de geopenbaarde voorkeurstheorie worden uiteengezet, consument X die een pond druiven koopt. Onder de geopenbaarde voorkeurstheorie wordt aangenomen dat consument X dat pond druiven prefereert boven alle andere items die hetzelfde kosten of goedkoper zijn dan dat pond druiven. Aangezien consument X dat pond druiven verkiest boven alle andere items die hij zich kan veroorloven, zullen ze alleen iets anders kopen dan dat pond druiven als het pond druiven onbetaalbaar wordt. Als het pond druiven onbetaalbaar wordt, gaat consument X over op een vervangingsartikel dat minder de voorkeur verdient.
Kritiek op de onthulde voorkeurstheorie
Sommige economen zeggen dat de onthulde voorkeurstheorie te veel aannames doet. Hoe kunnen we er bijvoorbeeld zeker van zijn dat de voorkeuren van de consument in de loop van de tijd constant blijven? Is het niet mogelijk dat een handeling op een bepaald tijdstip juist op dat moment een deel van de voorkeursschaal van een consument onthult? Als er bijvoorbeeld alleen een sinaasappel en een appel te koop waren, en de consument kiest een appel, dan kunnen we zeker zeggen dat de appel de voorkeur heeft boven de sinaasappel.
Er is geen bewijs voor de aanname dat een voorkeur van het ene moment in de tijd naar het andere onveranderd blijft. In de echte wereld zijn er veel alternatieve keuzes. Het is onmogelijk om te bepalen welk product of welke reeks producten of gedragsopties werden afgewezen in plaats van een appel te kopen.