Wat is de index voor arbeidsmarktomstandigheden? - KamilTaylan.blog
25 juni 2021 4:45

Wat is de index voor arbeidsmarktomstandigheden?

De Arbeidsmarktomstandigheden Index (LMCI) was een meetinstrument dat door de Federal Reserve werd opgesteld om het momentum van de arbeidsmarkt in de Verenigde Staten te meten. De tool baseerde zich op 19 indicatoren – zoals het werkloosheidspercentage, loonlijsten, uurlonen, vacatures en vertrouwensonderzoeken – om een ​​enkel cijfer te produceren dat bedoeld was om de algemene richting van de arbeidseconomie weer te geven.

De index speelde ooit een rol bij het helpen van de Fed om haar mandaat van maximale duurzame werkgelegenheid na te streven.  Economen zagen echter weinig waarde in de index, en merkten op dat deze grotendeels dezelfde informatie opleverde als het werkloosheidspercentage. De Federal Reserve introduceerde de LMCI in maart 2014 en stopte met het updaten van de index in augustus 2017.3

Hieronder kijken we naar de geschiedenis van de LMCI.

Waarom LMCI? 

De gedachte achter de LMCI was om 19 maatregelen van arbeidsmarktactiviteit te consolideren in één samenhangend beeld. Janet Yellen, destijds voorzitter van de Federal Reserve, zei dat het doel was om de gecompliceerde aard van de arbeidsmarkt beter weer te geven dan wat de traditionele werkloosheidscijfers konden bieden. Ze merkte bijvoorbeeld op dat, hoewel de lonen jaarlijks met 2 procent leken te stijgen, de lonen in reële termen vlak waren en minder groeiden dan de arbeidsproductiviteit.

In wezen was de LMCI bedoeld om tegenstrijdige signalen in de activiteit op de arbeidsmarkt weg te werken. Het werkloosheidspercentage kan het ene zeggen over arbeidsomstandigheden, terwijl hoge vacatures misschien iets anders zeggen. De index was bedoeld om deze tegenstrijdige signalen te wegen en een enkel getal te produceren om de algemene arbeidsomstandigheden te beschrijven.

Fed-onderzoekers hebben de index 35 jaar terug getest. De index daalde over het algemeen tijdens economische krimp en steeg naarmate de economie zich herstelde. Tijdens de Grote Recessie lieten de back-testing gegevens bijvoorbeeld zien dat de index daalde vanaf het tweede kwartaal van 2007 en sterk verslechterde in 2008 en 2009. De LMCI verbeterde vervolgens vanaf 2010.

Problemen met de LMCI 

Een aantal economen trok het nut van de LMCI in twijfel. Carola Binder, assistent-professor economie aan Haverford College, merkte op dat de LMCI een correlatiecoëfficiënt van -0,96 had met het werkloosheidspercentage. Met andere woorden: naarmate de werkloosheid toenam, daalde de LMCI met bijna hetzelfde bedrag.6

“De LMCI vertelt je niets dat het werkloosheidspercentage je niet al zou vertellen”, schreef Binder.”Gezien de keuze, zou ik liever gewoon het werkloosheidspercentage gebruiken, aangezien het eenvoudiger, intuïtief is en al veel wordt gebruikt.” 

Binder zei dat er geen enkele statistiek nodig was om de omstandigheden op de arbeidsmarkt samen te vatten, omdat dit de complexiteit van verschillende feitelijke cijfers – zoals het aantal onder- of langdurig werklozen – op de markt verminderde.

Tim Duy, hoogleraar economie aan de Universiteit van Oregon, schreef dat de LMCI met “uiterste voorzichtigheid” moet worden benaderd omdat de Fed de beleidsrelevantie ervan niet had uitgelegd. Duy zei dat het moeilijk was om de LMCI als belangrijk te beschouwen omdat de Fed de ruwe gegevens niet beschikbaar had gesteld in haar berekeningen.8

Bovendien hadden Fed-onderzoekers gewaarschuwd dat “een enkel model… geen vervanging is voor een oordeelkundige afweging van de verschillende indicatoren.”

Het einde van LMCI-updates

De Federal Reserve kondigde op 3 augustus 2017 aan te stoppen met het bijwerken van de LMCI. De Fed zei dat ze van mening was dat de index niet langer een goed overzicht gaf van de veranderingen in de omstandigheden op de Amerikaanse arbeidsmarkt. Het merkte op dat de meting van sommige indicatoren was veranderd in de jaren sinds de index werd geïntroduceerd. Bovendien zei het dat het opnemen van uurlonen in de index geen zinvol verband legde tussen arbeidsmarktomstandigheden en loongroei.